Wat is een gemeenschapseconomie?
In de gemeenschapseconomie organiseren gemeenschappen zich vaak via de coöperatieve weg. De leden zijn de baas en eventuele winst blijft binnen de coöperatie en gaat niet naar de bankrekening van aandeelhouders. Zo’n coöperatie heeft drie kenmerken die commerciële bedrijven niet hebben: ze zijn democratisch georganiseerd, ze streven naar maatschappelijke in plaats van naar monetaire, private waardecreatie en ze zijn lokaal, dichtbij, verbonden en aanspreekbaar.
Momenteel is er veel bedrijvigheid rondom de gemeenschapseconomie. In de wetenschap, het bedrijfsleven, de politiek, en in het MKB wordt de behoefte gevoeld aan andere vormen van organiseren. Modellen als de coöperatie, holocratie, sociocratie en werknemersparticipatie komen weer op. Op lokale schaal zijn veel succesvolle initiatieven zoals buurtcoöps. Ook wordt geëxperimenteerd met kredietunies, broodfondsen en social impactbonds.
Denk aan restaurants die samen een delivery service starten of een buurt die samen een energiecoöperatie opzet. In Garyp (Friesland) zijn alle huizen van het gas af door de energiecoöperatie, met de miljoen euro winst per jaar is de bouw van woningen voor de oude en jonge dorpsbewoners gefinancierd. In steeds meer Amsterdamse buurten organiseren buren hun eigen lokale economie, van het onderhoud van het groen tot aan de zorg, van het buurthuis tot aan de lokale horeca. Deze gemeenschappen zijn onderdeel van de economie van de stad en dragen bij aan het stedelijke huishouden.
In al die initiatieven staat een emancipatoire werking centraal: de buurt neemt zelf verantwoordelijkheid voor producten en diensten die ze nodig hebben. Veelal worden zaken decentraal georganiseerd en is er naast economische behoeften veel aandacht voor het maatschappelijke en sociale.